Als onderdeel van de In de Spotlight-serie voor het NXTGEN Hightech Energy-domein beginnen we met Kevin Brundish, CEO van LionVolt. LionVolt leidt het project “3D battery pilot line production”.

 

Wie is Kevin Brundish, en wat is je achtergrond?

“Ik ben opgeleid als luchtvaartingenieur en ben begonnen in de energiesector, hoewel het toen om een andere vorm van energie ging: gasturbines voor straalmotoren en energieopwekking. Ik heb in beide gebieden gewerkt. Ik was oorspronkelijk onderdeel van de fossiele brandstoffen-gemeenschap, waar ik mijn carrière begon, maar het ging altijd om energie. Ik werkte voor een technologiebedrijf, maakte een carrièreswitch van techniek naar bedrijfsmanagement, en beheerde bredere energieportefeuilles, waaronder batterijen en brandstofcellen.

Als ingenieur was ik altijd gericht op het verminderen van de milieubelasting en het terugdringen van CO2-uitstoot. In het begin beperkten we de uitstoot, maar we elimineerden deze niet. Toen ik betrokken raakte bij batterijen, raakte ik enthousiast, omdat deze de potentie hebben om de uitstoot volledig te elimineren en nul uitstoot te bereiken. Dit was ongeveer 25 jaar geleden, en hoewel er toen al een beweging was richting groenere oplossingen, werd elektrificatie nog niet algemeen gezien als de toekomst. Dus in dat opzicht liep ik misschien vooruit op de trend. Sindsdien heb ik me gefocust op dit vakgebied en ben ik erin gebleven.”

Hoe ben je betrokken geraakt bij LionVolt?

“Ik stapte uit het bedrijfsleven en ging de startup-wereld in, waarbij ik gebruikmaakte van alle ervaring die ik had opgedaan. Ik begon mijn eigen bedrijf, bracht het naar de beurs en stapte daarna uit. Ik had in de startups van anderen gewerkt, maar altijd in de elektrificatieruimte. Na mijn laatste functie was ik op zoek naar mijn volgende uitdaging. LionVolt benaderde me, en ik begreep meteen de technologie en hoe deze toegepast kon worden in de batterijenmarkt. Ik was opgetogen toen ze me de rol aanboden. Ik werd gevraagd om het over te nemen van de oprichtende CEO, die een sterk bedrijf had opgebouwd, maar niet de directe ervaring in de batterij-industrie had. De aandeelhouders en de oprichtende CEO vonden dat het tijd was om iemand binnen te halen die die ervaring wel had, en ik was blij om die rol op me te nemen.”

Wat probeert LionVolt te bereiken?

“We maken deel uit van de beweging richting netto nul-uitstoot, en specifieker, elektrificatie. Binnen die beweging opereren we in de lithiumbatterijsector. Wat ons uniek maakt, is onze disruptieve technologie. We werken aan een 3D-gestructureerde lithium-metaal anode, een onderdeel van de batterij. Als we erin slagen om deze op de markt te brengen, kan onze technologie worden geïntegreerd in de cellen die vandaag de dag worden geproduceerd, waardoor de energiecapaciteit met meer dan 1,5 keer wordt verbeterd. Bijvoorbeeld, als je elektrische voertuig nu 500 kilometer haalt op een lading, kan dat met onze technologie 750-800 kilometer worden, een aanzienlijke verbetering!

Lithium-metaal anodes bestaan al een tijdje en hun potentieel is goed begrepen. Er zijn echter nog twee grote uitdagingen: oplaadsnelheid en levensduur. Lithium-metaal anodes hebben doorgaans een lange oplaadtijd en een korte cycluslevensduur, wat betekent dat ze maar een beperkt aantal keren kunnen worden opgeladen en ontladen. De 3D-structuur, die de kern vormt van onze technologische innovatie, lost deze problemen op en maakt lithium-metaal anodes praktisch bruikbaar. Dit verlengt de actieradius van elektrische voertuigen, verlengt de levensduur van draagbare apparaten en opent zelfs mogelijkheden voor elektrisch vliegen. Het is een zeer spannende tijd.”

Welke technologische vooruitgangen voorzie je in de komende jaren?

“We zijn overgegaan van onze innovatie-fase, die voornamelijk gericht was op onderzoek, naar onze productontwikkelingsfase. In de praktijk betekent dit dat we onze innovatie nu omzetten in een echt product dat mensen kunnen vasthouden, testen en gebruiken. Met ‘mensen’ bedoel ik de gebruikers van deze technologie, zoals die in de consumentenelektronica, auto- en luchtvaartmarkten.”

Is er een specifieke markt waar jullie je op richten?

“Ja, we hebben specifieke markten in gedachten. De early adopter-markt is traditioneel gezien de consumentenelektronica, en we zien dit als een interessant gebied. Ons doel is om onze cellen in een product te krijgen dat consumenten herkennen, zodat ze het kunnen testen en evalueren. Als ze het leuk vinden, zullen ze het beginnen op te nemen in hun ontwerpen, of het nu voor een smartphone of een smartwatch is. Hetzelfde geldt voor de auto-industrie. Ons plan voor de komende twee jaar is om monsters in de handen van klanten te krijgen. Als de gebruikers enthousiast worden, zullen ze bestellingen beginnen te plaatsen en zullen we met hun toeleveringsketens samenwerken om onze technologie in hun producten te integreren.”

Zijn er concurrenten die aan vergelijkbare producten werken?

“In een enorme markt als deze zijn er altijd concurrenten. We zijn echter niet op de hoogte van iemand die het op dezelfde manier benadert als wij. Interessant is dat veel van deze concurrenten meer complementair dan concurrerend zijn. We werken al samen met een aantal van hen, en we zien onze gezamenlijke inspanningen de technologie nog verder vooruit helpen.”

LionVolt leidt het NXTGEN Hightech Battery Pilot Line project. Kun je uitleggen wat dit project inhoudt en wat je als resultaat verwacht?

“Om ons product in de handen van klanten te krijgen, moeten we onze slimme anode in voldoende hoeveelheden produceren – niet massaproductie, maar productie in kleine oplagen om te beginnen. Dit is waar het NXTGEN Hightech-programma van pas komt. Het helpt ons de capaciteit op te bouwen om onze innovatie te produceren en deze te integreren in eindproducten voor onze klanten. Het programma is cruciaal om ons te helpen die volgende stap te zetten.”

Zijn er andere bedrijven betrokken bij het project?

“Ja. We richten ons niet alleen op innovatie, maar ook op hoe we deze kunnen produceren. We gebruiken technieken die niet veel worden toegepast in de batterijproductie, maar wel veel voorkomen in grootschalige industrieën zoals halfgeleiders en fotovoltaïsche technieken. Eindhoven, met zijn expertise in dunne-filmtechnologieën, is de perfecte locatie hiervoor. Andere betrokken bedrijven leveren apparatuur en helpen ons onze productieprocessen te optimaliseren.”

Heeft het NXTGEN Hightech-project jullie netwerk en ecosysteem vergroot?

“Ja, op veel manieren. Ten eerste hebben we financiering aangevraagd en is er kritisch gekeken naar onze technologie en bedrijfsaanpak. Er is geaccepteerd dat we iets unieks hebben en dat is ondersteund. Als onderdeel van de regeringsstrategie over waar Nederland heen wil, is dat heel belangrijk.

Ten tweede is het altijd zo dat als je een sterk subsidieprogramma hebt, je meestal samenwerkingspartners vindt. Het is makkelijk om ja te antwoorden op je vraag, omdat de financiering belangrijk is. Maar wat net zo belangrijk is, is dat je samenwerkingspartners vindt die enthousiast zijn over wat je doet. Zij hebben een ander stukje van het totale plaatje en je begint die samen te brengen. Ik denk dat we niet alleen onze eigen technologie mogelijk maken, maar ook die andere stukjes, zoals processen en productieapparatuur. We maken het mogelijk dat deze ook in gebruik kunnen worden genomen.

Het NXTGEN Hightech-programma is voor ons in het algemeen een grote aanjager om financiering te krijgen. Wanneer we met investeerders praten, zoeken zij naar risicoreductie, wat het NXTGEN Hightech-programma biedt. Dus, hoewel het NXTGEN Hightech-programma niet alles betaalt, speelt het een belangrijke rol omdat de investeerder niet 100% van het geld inlegt; ze leggen een deel in via non-dilutive financiering. Dit is erg belangrijk en zeer waardevol.”

Welke vooruitgang kunnen we verwachten in de komende drie jaar?

“We willen natuurlijk onze pilotlijn operationeel krijgen, en er is een bepaald bedrag aan financiering dat NXTGEN Hightech ons biedt, naast veel financiering van onze investeerders. Dus het is goed afgestemd op dit specifieke project. Maar dan zijn er de volgende fases, waarin we moeten uitbreiden, het operationeel moeten krijgen en de processen moeten optimaliseren.

Er is een OPEX (operationele uitgaven) evenals een CAPEX (kapitaaluitgaven) deel van het programma, en dat is erg waardevol omdat we getrainde mensen moeten binnenhalen. Naarmate we de productie opschalen, moeten we voortdurend mensen binnenhalen die deze lijn kunnen draaien. We willen niet dat het wordt beheerd door promovendi – zo werkt onze productie niet. We willen dat die promovendi bezig zijn met uitvinden, structuren en de innovatiekanten. Als het op productie aankomt, hebben we een ander type mensen nodig die ervaring hebben op dat gebied. Dus er zal een fase zijn waarin we het in gebruik nemen, en dan zullen we operationeel zijn en het aan onze klanten leveren. Al die stappen zullen binnen die drie jaar plaatsvinden. We zetten zeer grote stappen.”

Welke adviezen heb je voor start-ups en scale-ups?

“Vroeg in mijn carrière, toen ik in de gasturbine-industrie werkte bij bedrijven zoals Rolls Royce, leerde ik dat onderzoek moet leiden tot een product dat het bedrijf verbetert. In de startup-wereld is er de neiging om te proberen het product te perfectioneren, maar het is belangrijker om het vroeg functioneel en produceerbaar te maken. Ik heb veel geweldige concepten zien mislukken omdat er geen manier was om ze op schaal te produceren. Betrek altijd zowel techniek als wetenschap bij je innovatieproces. En bij opschaling, begin vroeg na te denken over je toeleveringsketen. Het is niet moeilijk om in kleine batches of zelfs op pilotschaal te produceren, maar massaproductie vereist zorgvuldige planning.”